Psychologie: wat is het voor jou?
In een filosofisch gesprek staat op de keper beschouwd vaak de zoektocht centraal naar het ware, het goede of het schone. Wacht even, is dan niet alles relatief, zoals bijvoorbeeld wat waar is, wat goed is of wat mooi is? In de psychologie mag het dat zijn (‘Wat betekent X voor jou? En wat voel jij daar bij?’), maar in de filosofie is het dat zeker niet. De uitspraak dat de waarheid altijd relatief is, geldt daar als een uiterst luie observatie. Tijdens de sessies gaan we dan ook op zoek naar wat iets is, níet naar wat iets is ‘voor jou’. Het zou ook een extreem kort gesprek zijn; wat iets is ‘voor jou’ laat zich immers in principe door niemand ter discussie stellen.
Mening en waarheid
Maar alles is toch eigenlijk niet meer dan een mening? Ook daarover valt stevig te discussiëren. Of ‘zwarte bessen lekker zijn’ en of ‘het beter is om zoveel mogelijk weg te gooien in je huis’, kan men het oneens zijn; what’s true for you, may not be true for me. Maar een diep begrip van ‘wat vrijheid is’, of ‘wat helpen is’, bereiken we niet door daar een mening over te ventileren, die overwegend subjectieve kenmerken bevat. De betekenis van een begrip is niet zo vrijblijvend als we graag zouden willen (op momenten dat het gesprek wat lastiger wordt). Elk woord heeft een ‘waarheid’. Die op het spoor komen, vraagt onderzoek en volharding. Vooral ook om minder poneren, en meer (be)vragen.
Benoemen en definiëren
Benoemen wat iets is, is moeilijker dan het lijkt. De ontdekking dat dat lastig is, is op zijn minst frustrerend, soms onthutsend en op zijn mooist verwonderend. Hoe dan ook, we hebben er vaak geen idee van dat we in feite helemaal niet precies weten wat we zeggen. Een enkel woord definiëren (Wat is verbinding eigenlijk?), kan soms meerdere sessies in beslag nemen. Wat voor een soort iets is het? Welke eigenschappen of kenmerken moeten er echt bij, als we een definitie proberen te bouwen? Wat is het tegenovergestelde ervan? Wordt het begrip letterlijk en figuurlijk gebruikt, en zo ja: wat zeggen die subtiel van elkaar verschillende betekenissen over het begrip? Wat is noodzakelijk aanwezig om nog van het begrip te kunnen spreken?
Wat een gedoe, we kunnen toch gewoon even Google raadplegen? Ha! Daar bakt onze aangeboren luiheid ons een mooie poets. Niet alleen geeft Google vaak meer definities dan een mens kan onthouden, wat ons geen stap vooruit helpt in het onderzoeken ‘wat iets is’. Ook is het de vraag of het helpt, wat er staat. Het is niet door ons met noeste arbeid en onderzoek verkregen, waardoor het de betekenis die wij zelf ergens in alle oprechtheid en helderheid aan hopen toe te kennen, nog steeds niet werkelijk draagt. Iets lezen op Google, is nog niet iets werkelijk doorgronden. Bovendien zijn we geen steek verder gekomen in de kwestie waar het ons om begon: het verhaal waar dat ene woord het hittepunt in vormde. Er is niets gaan bewegen, stromen en schuiven in ons denken, op zoek naar die ene, ongrijpbare betekenis.
Ontwapening
In het filosofisch gesprek gaan we op zoek naar wat ‘waar’ is. True for one, true for all. De daarop onvermijdelijk volgende ontdekking dat je eigenlijk niet eens weet waar je het over hebt, is misschien even verontrustend. Al snel blijkt het vooral ontwapenend. Bijna letterlijk: je legt je verdedigingswapens af en stelt je open. Hoe dichter je de waarheid nadert van het begrip waar jij voor kwam, hoe vrijer je denken zich beweegt. Hoe nauwkeuriger je weet aan te wijzen en te verwoorden wat wel klopt, en wat niet.
Hoe wijzer je wordt.